Vanaf 1 januari 2023 is het verboden om een kantoorgebouw te gebruiken of in gebruik te nemen zonder een geldig energielabel met een energie-index van 1,3 of beter. Dit betekent voor kantoren een verplicht energielabel C of beter. Hoewel de verplichting pas over twee jaar van toepassing wordt, kijken wij alvast graag vooruit.
Kantoorgebouwen
De verplichting geldt voor kantoorgebouwen met een gebruiksoppervlakte aan kantoorfuncties van 50% of meer van het totale oppervlakte van het gebouw én dit oppervlakte aan kantoorfuncties groter is dan 100 vierkante meter. Voor die gebouwen geldt dat uiterlijk op 1 januari 2023 de energiebesparende maatregelen moeten zijn doorgevoerd en op basis waarvan een (minimaal) energielabel C is geregistreerd.
De verplichting geldt niet voor alle kantoorgebouwen. De wet biedt voor een aantal gebouwen een uitzondering, namelijk voor:
- gebouwen met een gebruiksoppervlakte aan kantoorfuncties kleiner dan 50% van de totale gebruiksoppervlakte van het gebouw;
- gebouwen waarvan de totale gebruiksoppervlakte aan kantoorfuncties en nevenfuncties daarvan in het kantoorgebouw of in het gebouw waarvan het kantoorgebouw deel uitmaakt kleiner is dan 100 vierkant meter;
- monumenten (zowel aangewezen door het Rijk, de provincie als de gemeente), met uitzondering van beschermde stads- en dorpsgezichten;
- tijdelijke kantoorgebouwen die hoogstens 2 jaar worden gebruikt;
- gebouwen die binnen 2 jaar worden gesloopt, getransformeerd of onteigend.
Stand van zaken
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft recent een schatting gemaakt van het aantal kantoorgebouwen die minimaal een energielabel C moeten hebben. Er zijn in Nederland naar schatting 96.000 kantoren, waarvan 62.000 kantoren onder het verplichte energielabel C vallen.
De verdeling van de kantoren die onder de verplichting vallen is (cijfers per 28 januari 2020) als volgt:
- 32% van de kantoren heeft een energielabel A, B of C;
- 12% van de kantoren heeft een energielabel D, E, F of G;
- 56% van de kantoren heeft nog geen energielabel.
Uit deze cijfers blijkt dat 68% van de kantoren op dit moment (nog) niet voldoet aan de verplichting. Het gaat hierbij om ruim 40.000 kantoorgebouwen in Nederland.
Verhuurders en huurders
De verplichting om minimaal een energielabel C te hebben geldt voor de eigenaar van het kantoorgebouw. Een huurder is daarom niet verantwoordelijk voor de naleving van de verplichting, maar kan wel de nodige ongewenste gevolgen ondervinden. Een kantoorgebouw dat niet aan deze verplichting voldoet, mag namelijk niet langer als kantoor worden gebruikt. Daarnaast kunnen voor huurders de energiebesparende maatregelen een rol spelen. In het geval van triple net huurovereenkomst komen alle kosten van onderhoud, verzekeringen en andere eigenaarslasten voor rekening en risico van de huurder. Het is daarom van belang vooruit te kijken en de huurovereenkomst te beoordelen voor wiens rekening dergelijk onderhoud komt. Het is verstandig dat verhuurders en huurders hierover voor de toekomst afspraken maken en die reeds nu vastleggen, in het bijzonder bij het aangaan van nieuwe huurovereenkomsten.
Energiebesparende maatregelen
Afhankelijk van het kantoorgebouw en het huidige energielabel zijn energiebesparende maatregelen noodzakelijk. Dit verschilt van het aanbrengen van LED verlichting tot het aanbrengen van gevelisolatie. In de praktijk blijkt dat veel kantoren met een energielabel D, E of F zonder ingrijpende bouwkundige ingrijpen kunnen verduurzamen naar een energielabel C door bijvoorbeeld het toepassen van LED-verlichting.
Eigenaren kunnen hiervoor aanspraak maken op subsidieregelingen zoals de Energieinvesteringsaftrek (EIA), de Investeringssubsidie duurzame energie voor zonneboiler, warmtepompen en biomassaketels (ISDE) en de Stimulering duurzame energieproductie (SDE+). Ons advies: verdiep uzelf in deze subsidieregelingen, raadpleeg aan subsidieadviseur om de mogelijkheden in kaart te brengen en benut de regelingen. Voor het nemen van de energiebesparende maatregelen is het van belang vooruit te kijken en deze zoveel als mogelijk in te passen in de geplande onderhoudswerkzaamheden of investeringen.
Handhaving en overtreding van de verplichting
De gemeente is op basis van het Bouwbesluit 2012 het bevoegd gezag om de verplichting te handhaven. De gemeente kan bestuursrechtelijk (het opleggen van een last onder dwangsom, het sluiten van het gebouw of bij herhaaldelijke overtreding: het opleggen van een bestuurlijke boete) en strafrechtelijk (overtreding van de Wet economische delicten) optreden. Het is aan de gemeente om te beoordelen welke maatregelen in een bepaald geval voor de handhaving worden ingezet. Het ligt voor de hand dat gemeenten eerst een waarschuwing geven, zodat de eigenaar van het gebouw aan zijn verplichting kan voldoen. Vervolgens kan de gemeente verdergaande maatregelen nemen, indien een gebouw als kantoor wordt gebruikt zonder te beschikken over een minimaal energielabel C.
Stappenplan
Tot slot een kort stappenplan om op 1 januari 2023 te voldoen aan de verplichting:
- beoordeel of uw kantoorgebouwen vallen onder de verplichting;
- breng uw huidige energielabels in kaart;
- verken en benut de beschikbare subsidies en financiële regelingen en laat u bijstaan door een energieadviseur;
- ga in overleg met eventuele huurders, maak afspraken over de uitvoering van energiebesparende maatregelen en laat de maatrelgelen tijdig uitvoeren;
- laat tijdig uw (nieuwe) energielabels opstellen zodat u voldoet aan de nieuwe verplichting.