4 min read

Tweede Evaluatiewet WNT ter internetconsultatie aangeboden

17 december 2025

Recent is een wetsvoorstel ter internetconsultatie aangeboden om de Wet Normering Topinkomens (WNT) te wijzigen aan de hand van de uitkomsten van de tweede wetsevaluatie. Doel van het wetsvoorstel is om de doelmatigheid van de WNT te verhogen door de toepassing, naleving en handhaving van de wet te verbeteren. De beoogde inwerkingstredingsdatum is 1 januari 2027.

De belangrijkste wijzigingen opgenomen in het wetsvoorstel voor WNT-instellingen zijn:

  • Indexatie beëindigingsvergoeding: Het in de WNT opgenomen maximum voor de beëindigingsvergoeding (EUR 75.000) is sinds de invoering van de WNT in 2013 niet aangepast aan de loonontwikkeling. Met dit wetsvoorstel wordt de beëindigingsvergoeding voortaan jaarlijks automatisch geïndexeerd, op dezelfde wijze als het bezoldigingsmaximum. Het jaar waarin een beëindigingsvergoeding wordt overeengekomen is bepalend voor het maximum dat van toepassing is (ook als betaling in een later kalenderjaar plaats zou vinden).
  • Administratieverplichting: Het wetsvoorstel bevat een verplichting voor WNT-instellingen om een administratiesysteem te hebben waarin de gegevens die openbaar gemaakt moeten worden in de WNT-verantwoording zijn vastgelegd. De gegevens moeten actueel en controleerbaar op actualiteit, juistheid en volledigheid zijn. Er gelden verder geen eisen aan de vorm.

In de toelichting wordt genoemd dat hierbij bijvoorbeeld moet worden gedacht aan een vakantie-urenadministratie. Dit sluit aan bij eerdere jurisprudentie (zie ons eerdere nieuwsbericht).

De accountant moet het bij de minister melden als de administratie ontbreekt of niet voldoet. Ook regelt het wetsvoorstel een handhavingsbevoegdheid voor de toezichthouder. Uit de toelichting blijkt dat de bedoeling is dat een toezichthouder de WNT-instelling eerst in de gelegenheid zal stellen om de administratie op orde te brengen naar de toekomst en pas handhavend zal worden opgetreden bij hardnekkige weigering om de administratie op orde te brengen.

  • Standaard WNT-verantwoordingsmodel: Het wetsvoorstel introduceert een verplichting om een uniform model te gebruiken voor de WNT-verantwoording. Bedoeling hiervan is dat alle instellingen op dezelfde manier rapporteren, wat de controle eenvoudiger en goedkoper maakt.
  • Uniforme methode berekening deeltijdfactor interim topfunctionarissen: Het wetsvoorstel bepaalt ook hoe de deeltijdfactor voor topfunctionarissen buiten dienstbetrekking (zoals interimmers) moet worden vastgesteld.  Bedoeling hiervan is dat dit – als de deeltijdfactor niet is vastgelegd in de overeenkomst van opdracht of detacheringsovereenkomst – verplicht op uniforme wijze plaatsvindt aan de hand van het stappenplan dat is opgenomen in de Q&A op nl.
  • Anti-draaideurbepaling voor interimmers: Daarnaast wordt de mogelijkheid dichtgezet om aanspraak te maken op een hogere bezoldiging door na een dienstverband bij dezelfde WNT-instelling terug te keren als interimmer (buiten dienstbetrekking). Als een topfunctionaris in de voorgaande twaalf maanden in dienst is geweest bij een WNT-instelling, geldt bij terugkeer als interimmer direct het op de WNT-instelling toepasselijke bezoldigingsmaximum.
  • Afschaffing verplichting tot vorderen wettelijke rente: Op dit moment is een WNT-instelling verplicht om in gevallen waarin er bovenmatig is bezoldigd en de bovenmatige bezoldiging niet tijdig is terugbetaald, naast het bovenmatig bezoldigde bedrag ook wettelijke rente van de topfunctionaris (terug) te vorderen. Die verplichting wordt afgeschaft. De instelling mag zelf gaan beslissen of wettelijke rente wel of niet in rekening wordt gebracht.
  • Aanscherping procedure uitzonderingsverzoeken: Er worden verder enkele aanscherpingen voorgesteld bij uitzonderingsverzoeken om de afstemming tussen betrokken ministers beter te borgen. De verantwoordelijke minister waar een uitzonderingsverzoek binnenkomt moet het verzoek onverwijld delen met de minister van BZK en een minister die het mede aangaat, zodat het besluit daarover kan worden afgestemd. De beslissingsbevoegdheid over afwijzingen blijft overigens bij de verantwoordelijke minister. Wel moeten de minister van BZK en de minister die het mede aangaat ook een afschrift van de afwijzing ontvangen.

In de toelichting worden de umc’s genoemd als voorbeeld van WNT-instellingen die tot het beleidsterrein van twee ministers behoren. De minister van VWS is aangewezen als WNT verantwoordelijke minister. De minister van OCW kwalificeert dan als minister die het mede aangaat. De behandeling van uitzonderingsverzoeken van umc’s zou dus moeten plaatsvinden door de minister van VWS in afstemming met zowel de minister van BZK als de minister van OCW.

Daarnaast zijn nog enkele andere reparaties, actualisaties en kleinere, overwegend redactionele of technische wijzigingen opgenomen.

Het wetsvoorstel met toelichting vindt u hier.

Belanghebbenden kunnen tot en met 26 januari 2026 op het wetsvoorstel reageren. Na de internetconsultatie moet het wetsvoorstel nog het wetgevingstraject doorlopen via de Tweede Kamer en Eerste Kamer. Ondertussen wordt de derde wetsevaluatie van de WNT binnenkort ook verwacht.

We houden de ontwikkelingen in de gaten en houden u graag op de hoogte.

Heeft u vragen over de gevolgen van de voorgestelde wijzigingen voor uw organisatie of over de WNT in het algemeen? Neem dan contact op met Willemien Bischot, Steven Sterk of Lieke Bartelsman. Zij denken graag met u mee.

Terug
Tweede Evaluatiewet WNT ter internetconsultatie aangeboden