De rechtsstaat: van fundament tot kwetsbaarheid

De wereldwijde verschuivingen in macht en invloed – de zogeheten power shifts – laten zich allang niet meer uitsluitend voelen in het domein van economie of militaire verhoudingen. Steeds vaker verschuift het front naar een ander terrein: dat van recht, instituties en normstelling. Wat decennialang gold als de neutrale infrastructuur van democratisch bestuur en internationaal zakendoen – de rechtsstaat – blijkt in toenemende mate onderwerp van strategisch hergebruik. Niet alleen door autoritaire regimes, maar ook binnen gevestigde democratieën.
De herinterpretatie van recht als machtsinstrument
Wat daarbij opvalt, is de stille maar systematische herinterpretatie van het recht. Waar het ooit diende als begrenzing van macht, zien we nu dat wetgeving, rechtspraak en zelfs juridische professionals steeds vaker worden ingezet als instrumenten ván die macht. In veel landen positioneert de uitvoerende macht zich nadrukkelijk als hoeder van het algemeen belang, terwijl onafhankelijke rechterlijke toetsing wordt afgedaan als activisme of vertragingstactiek. Advocaten die fundamentele rechten verdedigen, raken verdacht. Beleidsmaatregelen rond diversiteit en inclusie worden niet langer gezien als uiting van rechtvaardigheid, maar als ideologisch project.
De essentie van de rechtsstaat onder druk
Dit raakt aan de kern van wat een democratische rechtsstaat onderscheidt van een meerderheidsdemocratie. In een rechtsstaat bindt de meerderheid zichzelf aan de afspraak dat ook de rechten van minderheden – politieke, religieuze, etnische, sociale – worden beschermd. De wet is daarbij geen uitdrukking van numerieke macht, maar van rechtsgelijkheid. Het is precies dit uitgangspunt dat onder druk staat wanneer recht wordt herleid tot een instrument van de macht van het moment.
Bedrijven als directe belanghebbenden
Deze ontwikkeling raakt het hart van internationale bedrijfsvoering. Voor ondernemingen zijn rechtszekerheid, onafhankelijke instituties en voorspelbare geschilbeslechting geen abstracte begrippen, maar concrete voorwaarden voor investeringen, contractuele afspraken en risicobeheersing. Als wetten ad hoc worden gewijzigd, als rechters onder politieke druk komen te staan of als beleidsaanpassingen worden afgedwongen via diplomatieke druk, verdwijnt de stabiliteit die nodig is om verantwoord te kunnen ondernemen.
De strategische paradox voor ondernemingen
Daarin schuilt een paradox voor internationaal opererende ondernemingen. Enerzijds zijn ze diep afhankelijk van stabiele rechtsordes – voor bescherming van eigendom, afdwingbaarheid van contracten, toegang tot onpartijdige rechtspraak. Anderzijds worden ze geconfronteerd met een wereld waarin diezelfde rechtsstatelijke fundamenten onder druk staan – soms subtiel, soms openlijk. Denk aan situaties waarin bedrijven onder druk worden gezet om af te zien van ESG- of diversiteitsbeleid, met als dreiging uitsluiting van markten of verlies van overheidsopdrachten.
De rechtsstaat als factor in strategisch beleid
Dat maakt het institutionele speelveld precair. En het dwingt tot een nieuwe vorm van strategisch denken in de boardroom. Waar de rechtsstaat lange tijd een gegeven was, is het nu een kwetsbare factor die expliciet moet worden meegewogen in governance, risicobeoordeling en reputatiebeleid. De vraag is allang niet meer óf de rechtsstaat onder druk staat, maar hoe een onderneming handelt wanneer dat het geval is.
Verantwoordelijkheid voorbij neutraliteit
Nog fundamenteler is de vraag: hoe willen bedrijven zich verhouden tot deze nieuwe realiteit? Niet door zich als politieke actor op te werpen, maar als bewaker van een bestuurscultuur die steunt op beginselen van onafhankelijkheid, gelijke behandeling en begrenzing van macht. Juist in die cultuur is het beschermen van minderheden geen ideologische keuze, maar een rechtsstatelijke plicht – ook wanneer dat politiek ongemakkelijk is of economisch kostbaar lijkt.
De rechtsstaat als strategische keuze
Want in een wereld waar recht steeds vaker wijkt voor macht, is neutraliteit geen houdbare positie meer. Wie zwijgt, kiest impliciet mee.
De keuze voor de rechtsstaat is daarmee geen juridische of politieke, maar een strategische. Een keuze voor het speelveld waarin ondernemerschap mogelijk blijft.



